De Syrische Aphrodite
Heel bijzonder zo midden in de oorlog: op een Syrische site
(http://www.syriaonline.sy/?f=Details&catid=22&pageid=11638) wordt aandacht besteed aan Aphrodite, de godin van liefde en schoonheid. In Syrië zijn in de twintigste eeuw en tot het moment dat de oorlog uitbrak in 2011 veel godinnenbeeldjes opgegraven.* Aphrodite zou zelfs geïnspireerd zijn op de oorspronkelijke Syrische godin, de Dea Syria, de grote moedergodin uit de regio, die ook wel vereerd werd onder de namen Atargatis, Derceto, Isjtar, Astarte, Astoreth en nog enkele andere namen. Het oude Syrië besloeg vroeger een veel groter gebied en strekte zich uit over de gehele Levant (het huidige Libanon, Jordanië, Israël, Koerdistan). Voor de komst van de monotheïstische religies kende de regio een levendige godinverering.
Het interessante aan de Syrische godin is dat zij, als men op haar mythologie afgaat, een zeer oude godin is. In haar oudste weergave is zij een soort zeemeermin, met het bovenlijf van een vrouw en het onderlijf van een vis. Het dier dat verder met haar geassocieerd wordt, is de duif (niet alleen als vredessymbool, maar ook als symbool van transformatie. De duif zien we later nog terug bij veel andere godinnen). Later zou Aphrodite als vrouw uit het schuim der zee aan land komen en ook geflankeerd worden door een duif. Toen de Grieken later hun invloedssfeer in het Midden-Oosten uitbreidden, werden vele goden en godinnen vergriekst, waaronder de ‘dea syria’.**
De Syrische godin is ook gelinkt met de planeet Venus en de ster Sirius. Daarin volgt zij dezelfde lijn als de beroemde Egyptische godinnen Isis en Hathor: beiden zouden vanaf Sirius via het ‘portaal’ Venus naar Egypte zijn gekomen. In de oude wijsheidsmysteriën is Sirius dan ook een belangrijke ster, vooral omdat zij volgens de overlevering niet alleen de helderste ster aan de hemel is, maar ook een hele donkere schaduwzijde meebrengt naar de aarde. Zo hebben de Egyptische Isis de zwarte Isis (of Nephtys) en Hathor de leeuwengodin Sekhmet als schaduwzijde. In de mysteriën ging het erom deze donkere kant niet alleen te ervaren (door een afdaling in de onderwereld***) maar ook naar het licht te brengen. Wanneer deze donkere kant getransformeerd werd, verscheen de inwijdeling net als de ster Sirius tegelijkertijd met de zon weer stralend aan de hemel. Isis werd dan Isis-Sothis (of Sopdet) genoemd, de hemelse of herrezen Isis.
De latere Aphrodite droeg weliswaar niet meer deze transformatiesymboliek (op haar duif na), maar bleef geassocieerd met de planeet Venus. Venus werd de naam die de Romeinen aan haar gaven en van de oude mysteriën bleven alleen nog de kleine of eerste mysteriën over. Net als haar Mesopotamische zusters kreeg zij ook een geliefde, de jaarlijks stervende en herrijzende Adonis. Adonis is Fenicisch voor ‘heer’ en we vinden diezelfde naam ook in het Hebreeuwse ‘Adonai’ dat de joden gebruiken voor ‘mijn heer’. Adonis’ jaarlijkse sterven en herrijzen beeldde de cycli van de natuur uit. Overigens is de symboliek van de hemelse of herrezen Isis-Sothis niet helemaal verdwenen, maar is zij voort blijven leven in het verhaal over de gnostische Sophia.****
Het artikel (te lezen op:http://www.syriaonline.sy/?f=Details&catid=22&pageid=11638) gaat niet in op deze mystieke betekenis van de venusgodinnen, maar biedt wel een mooi overzicht van verschillende daar opgegraven Venusbeeldjes en de betekenis van Aphrodite voor o.a. kunstenaars in de regio.
NOTEN
*een medewerker van het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden vertelde dat de oorlog ook voor de (inter)nationale archeologie een behoorlijke klap is; juist in dit gebied werden nog altijd interessante opgravingen gedaan.
**vaak wordt gedacht dat de Grieken hun eigen goden meenamen naar het Midden-Oosten, maar het omgekeerde was eerder het geval: veel Egyptische en Mesopotamische goden kregen een Grieks sausje. Vooral in het oude Alexandrië zijn sporen teruggevonden van goden en godinnen die meerdere namen tegelijkertijd droegen, afhankelijk van de cultuur van waaruit men hen benaderde. Alexandrië was een prachtig voorbeeld van een zeer kosmopoliete stad, waar lange tijd vele geloven samenkwamen zonder elkaar of elkaars naamgevingen te betwisten. Er was zelfs een uitwisseling met India, het boeddhisme en ook de ceremonie van het heilige huwelijk –dat later als tempelprostitutie werd aangemerkt- was redelijk algemeen. Net als in het oude Syrië. En net als bij veel eerste christenen.
***de afdaling kan ‘symbolisch’ zijn, maar is vaak ook heel reëel omdat de neofiet of inwijdeling in de geest echte angsten kan ervaren wanneer hij demonen, entiteiten of ‘lagere’ goden in de geest ontmoet.