I Will Bless You With All Of My Life
I Will Bless You With All Of My Life
Door Wytske Jónás, 13 september 2020
Hinnèni… Here I Am… en ik ben blij te kunnen zeggen dat ik weer terug ben in mijn lijf na een paar heftige en intense dagen.
Afgelopen dinsdag werd ik opnieuw geopereerd aan het been waar ik begin april een aantal fracturen had opgelopen. Deze keer haalden ze na vijf maanden een stelschroef eruit die mijn beweeglijkheid beperkte maar die nodig was om de botten weer te helpen helen.
Het was geen pretje. De stelschroef wisten ze te verwijderen, maar van de narcose ben ik dagenlang goed ziek geweest. En vooral: helemaal van de wereld. Verdoofd, versuft, duizelig, misselijk en heel erg slaperig. De eerste dagen bleef ik maar in slaap vallen, om daarna eigenlijk nog weer suffer wakker te worden. Op de een of andere manier lukte het me ook niet goed om contact met mijn lichaam te maken: ik voelde geen verbinding met mijn benen en de aarde. Mensen die vroegen of ik nu makkelijker en beter kon bewegen zonder de stelschroef kon ik dus geen antwoord geven.
Eergisteren, halverwege de middag, realiseerde ik me: ik kan mijn lichaam niet goed binnenkomen. Ik voelde hoe mijn bewustzijn er via een soort tandvork uitgetrokken werd bij mijn tanden en kruin, en hoe ik vergeefs bleef proberen om terug in mijn lijf te landen. De narcose werkte te krachtig en wilde me nog steeds buiten houden. Waarom? Ik had immers in het ziekenhuis gemeld dat ik erg gevoelig gereageerd had op de vorige twee keren in april dat ze me een narcotisch middel toegediend hadden, en hun gevraagd om deze keer een minder heftig middel te gebruiken.
Ik belde een vriendin; met haar hulp lukte het me om terug te keren en te landen in mijn lichaam en mezelf van binnenuit weer op te vullen met zuivere energie. Het ging gelijk een stuk beter. Tijdens de korte telefonische sessie voelde ik echter ook ineens de pijn die mijn lichaam te verduren had gehad door het krachtige verdovende middel. Mijn lever, galblaas en nieren hadden een zware klap gekregen. Ze hadden moeite om het spul af te breken en af te voeren. Geen wonder als je je bedenkt dat ik in nog geen half jaar tijd drie keer een dergelijke ervaring moest ondergaan, waarvan één achteraf een grote dosis ketamine bleek te zijn – een harddrug (en dat terwijl ik in mijn leven nog nooit drugs heb gebruikt, ook geen joint of hallucinerende plantmiddelen). Ook voelde ik hoe de narcose mijn bewustzijn met een kaakslag eruit had gewerkt. Dat verklaarde het vreemde gevoel dat ik dagen bij mijn gebit ervaarde. Alsof ik daar inderdaad een grote dreun had ontvangen.
Mijn vriendin hielp me telefonisch terug te keren in mijn lichaam en liefdevol mocht ik mijn organen toespreken en koesteren, ze weer helpen hun eigen, oorspronkelijke taak weer op te pakken.
En ik ontving innerlijk weer een beeld, een prachtig beeld dat me verder zou helpen in mijn spirituele verfijningsproces. Mijn geest mocht leren dat ze niet van buitenaf hoefde te wachten tot haar huis weer schoon gemaakt was. Ze hoefde niet eerst van buitenaf te schrobben en te poetsen voordat ze opnieuw haar intrede erin deed. We zijn zo gewend om dat te doen op aarde: we willen graag dat ons huis eerst af is voordat we erin gaan wonen.
Daarover gaat de aardse ervaring van de geest die leert een fysiek lichaam te bewonen en als voertuig te gebruiken echter niet; we kunnen alleen onze aardse ervaringen goed afleggen wanneer we deze van binnenuit bezielen. Daar zit een risico aan verbonden, want we kunnen kopje onder gaan in de rommel, vast komen te zitten, denken dat we niet verder komen of beginnen te geloven dat onze vensters (de vensters van de ziel) altijd beslagen zullen zijn en dat daarbuiten geen glorieuze wereld, geen (goddelijke) schoonheid en heiligheid meer zijn. Dat is immers zovelen van ons overkomen: we zijn gaan geloven dat het goddelijke niet (meer) bestaat.
Ja, het is ploeteren om onze werkelijkheid van binnenuit, terwijl we ons er zelf in wentelen, weer op te tillen van onpeilbare dalen naar majestueuze hoogten. Maar als we dat leren en als ons dat lukt, dan zetten we spiritueel enorme stappen voorwaarts. Anders blijven we eromheen draaien, of er boven hangen, en bereiken we datgene niet of moeizaam wat we juist zo wensen te verheffen en te verlichten.
Hinnèni… Hier Ben Ik… de Hebreeuwse woorden die aangeven dat wij graag de goddelijke Zaak dienen, en dat we klaar zijn voor onze (nieuwe) taak. Een van die taken is volgens de kabbalistische overlevering de ‘tikkun olam’, de ‘reparatie van de wereld’ – de grootscheepse actie om de wereld terug te brengen in haar oorspronkelijke zuivere staat. Die wereld is in stukken gebroken sinds de originele vaten, waarin de Liefde en de Scheppingsschoonheid van God overvloedig de wereld instroomden, het begaven en in stukken uiteenvielen. De ondeelbare en oneindige energie werd deelbaar en eindig en werd de aanzet voor de dualiteit in de wereld. Tikkun Olam betekent dat zielen van binnenuit, in een aardse incarnatie, proberen deze energie weer te herstellen door alle barsten en scherven bijeen te zoeken en te zuiveren in het goddelijke licht.
Maar er zit nog een diepere betekenis in die ‘tikkun’ of reparatie. Want datgene wat gerepareerd wordt, wordt tegelijkertijd omhooggetild -opgeheven- naar een staat die zelfs nog zuiverder en schoner is dan het daarvoor was; op die manier stralen de schoonheid en heiligheid ervan nog beter naar buiten. Het goddelijke licht stroomt dan makkelijker en ongehinderder dan daarvoor en is daardoor nog beter in staat om de heiligheid en schoonheid van alles om zich heen aan te raken en naar buiten te brengen. We worden nog meer het gewijde voertuig dat een bijdrage levert aan het zegenen van deze wereld. En wat we zegenen wordt eveneens heilig (onderschat nooit de kracht van zegeningen en gebeden !).
“Ken avarechecha bechayay” – I bless you with all of my life. Dat wil zeggen: met alles in mij en om mij heen waar het Leven en de goddelijke energie doorheen stromen. Hinnèni…
En ik dwaal terug in gedachten naar de momenten voorafgaand aan mijn operatie. Ik werd naar de OK gebracht, maar moest nog even wachten in de wachtruimte. Er was op dat moment een vrouw aan het bevallen; een uitzonderlijke situatie, vertelde het personeel me. Dat gebeurt doorgaans op de verlosafdeling. De vrouw zou een keizersnede krijgen en was daarom hier, maar de baby was al begonnen te komen. De bevalling moest doorgezet worden, zonder verdoving en zonder keizersnede. Ze hadden er hun handen vol aan (daarom moest ik even wachten) en ik hoorde de vrouw op nog geen tien meter afstand hard schreeuwen en haar best doen om het kindje te laten komen.
Het duurde lang en het was niet makkelijk voor haar. Na enige tijd realiseerde ik me dat -ook al stond ik zelf op het punt om geopereerd te worden- ik natuurlijk ook nog steeds lichtwerker ben en in een stil gebed vroeg ik wat ik voor deze vrouw en het kindje kon doen. Een tel later zag en voelde ik een licht door en om mij heen verschijnen als twee grote vleugelen van een engel. Slechts luttele seconden later hoorde ik het gehuil van een baby. Het was volbracht, ik hoorde hoe de moeder gevraagd werd om haar kindje in de armen te sluiten en haalde zelf opgelucht adem. Avarechecha, avareach -I Bless you.
Wat we zegenen, maken we heilig. Wat we repareren, kan -wanneer we het daartoe wijden- nog beter ongehinderd de goddelijke stroom ontvangen en doorgeven. Dat geldt ook voor een gebroken ledemaat, uiteraard.
Toch heb ik besloten voorlopig de rest van het ijzerwerk (plaat, pin en overige schroeven) gewoon in mijn been te laten. Ik heb voor dit jaar mijn buik een beetje vol van operaties en met name narcosemiddelen.
Hinnèni… ik keer net weer terug, in mijn eigen lichaam. De komende dagen ga ik opnieuw mijn conditie opbouwen. Mijn been uitproberen om het verschil met daarvóór te ervaren. De narcose is nog niet helemaal weg, dat heeft tijd nodig. En die tijd wil ik nemen.
I Bless You, een gezegende zondag
Op de foto’s: selfies van gisteravond; voorlopig alleen gympies -panty’s en hakjes zijn (tijdelijk) in de kast opgeborgen; de kristalletjes waarmee ik me de afgelopen maanden in het lopen heb getraind om de tel van het aantal rondjes bij te kunnen houden .